Tweedeverblijvers aan de Vlaamse Kust: toeristen of inwoners?
In 2007 schreef Els Roose een scriptie voor het behalen van de graad van “master in het toerisme” onder de titel hierboven. Els verrichtte voor die scriptie een studie naar de integratie van tweedeverblijvers in Oostduinkerke. De conclusie van die studie luidde o.m.: “Een tweedeverblijver onderscheidt zich van toeristen door de terugkerende relatie, waardoor een vertrouwdheid van de omgeving opgebouwd wordt en er vriendschap kan ontstaan tussen buren, lokale handelaars, inwoners of andere tweedeverblijvers.” Verder ook: “Tweedeverblijvers willen niet aanzien worden als toeristen maar als deel van het dagelijkse leven in de lokale gemeenschap. Zij hebben er na enkele jaren immers een vertrouwdheid en verbondenheid opgebouwd door het frequente bezoek.” Tenslotte: “Naarmate de maanden of jaren van ontdekking verstrijken, gekoppeld aan de frequentie en intensiteit van de bezoeken, worden tweedeverblijvers vertrouwd met de tweede verblijfplaats. In deze fase hebben ze reeds heel wat ontdekt in de gemeente en hierdoor een grotere kennis van de streek opgebouwd dan een toerist. Ze tonen een duidelijke interesse in de omgeving en informeren zichzelf. Ze hebben er inmiddels vaste winkels, restaurants en ontspanningsmogelijkheden ontdekt. Ze vinden er een zekere stabiliteit, een tweede thuis. Ze kunnen in deze fase niet alleen vertrouwd zijn met de gemeente, maar kunnen ook verbonden worden met de gemeente, zelfs wanneer ze er niet permanent verblijven”.