Een arrest van het Hof van beroep te Gent over belasting op tweede verblijven geeft Koksijde gelijk
Het Hof van beroep te Gent heeft in een arrest van 31 oktober 2023 de gemeente Koksijde onverwacht gelijk gegeven in een bezwaarprocedure tegen de hoge gemeentebelasting op tweede verblijven.
De zaak ging over een bezwaar dat door tweedeverblijvers uit Namen was ingediend tegen de aanslag van het jaar 2020. Na de verwerping ervan door de gemeente hadden ze via onze vereniging een gerechtelijke procedure gestart met het argument dat het gemeentelijk belastingreglement in Koksijde strijdig is met het grondwettelijk gelijkheidsbeginsel. Zoals gewoonlijk is dat argument in eerste aanleg verworpen en hebben de tweedeverblijvers daartegen hoger beroep aangetekend. Dat beroep is, tegen alle verwachtingen in, door het Hof verworpen.
Die beslissing is zeer verrassend. Op verschillende argumenten die zijn aangevoerd, antwoordt het Hof het omgekeerde van wat in eerdere arresten werd beslist. Die bocht van 180 graden is des te meer verwonderlijk omdat de samenstelling van het Hof niet veranderd is (het arrest werd geveld door een alleen zetelende raadsheer).
Samengevat zegt het Hof dat de gemeente Koksijde gerechtigd is om een belasting te heffen op eigenaars van tweede verblijven om zodoende niet enkel financiële middelen te verzamelen voor woningbouw ten voordele van residentiële bewoners, maar ook om het gebruik van bestaande woningen als tweede verblijf te ontraden en residentiële bewoning aan te moedigen.
Op het argument van de tweedeverblijvers, dat de hoge opbrengst van die belasting aan de gemeente ook toelaat om de eigen inwoners bijna volledig vrij te stellen van gemeentebelasting, wordt door het Hof geantwoord dat de gemeente onderscheiden categorieën van belastingplichtigen aan een verschillende belasting mag onderwerpen zonder daardoor het gelijkheidsbeginsel te schenden. Een schending van het gelijkheidsbeginsel veronderstelt namelijk dat de bijdrage van onderscheiden categorieën van belastingplichtigen aan de realisatie van eenzelfde doelstelling onevenredig zou zijn. De belasting op tweede verblijven in de gemeente Koksijde is, volgens het Hof, enkel bedoeld om het residentieel wonen te stimuleren.
Het arrest toetst vervolgens enkel nog de rechtmatigheid en ook de hoogte van de belasting op tweede verblijven aan de beoogde doelstelling, (de bevordering van het residentieel wonen). Volgens het arrest kan men niet zeggen dat er tussen de belasting op tweede verblijven en de beoogde doelstelling geen redelijke en evenredige verhouding zou bestaan. Het Hof vindt de belasting daarom rechtmatig en niet in strijd met het gelijkheidsbeginsel.
Op het argument dat de (zeer hoge) belasting op tweede verblijven de facto een compensatie is voor de (zeven maal lagere) “algemene gemeentebelasting” die door de vaste inwoners moet worden betaald, antwoordt het Hof in eerste instantie het volgende: “Het nieuw belastingreglement op tweede verblijven wordt niet verantwoord als compensatoire bijdrage in de gemeentelijke dienstverlening”. Dat lijkt in strijd met de tekst van dat reglement vermits daarin staat dat de belasting op tweede verblijven nodig is omdat “de gebruikers van de tweede verblijven bij gebrek aan permanente bewoning niet bijdragen in de algemene gemeentebelasting”. Is de ene (hoge) belasting dan toch geen compensatie voor de andere (zevenmaal lagere) belasting?
Verderop in het arrest leest men “dat bij het vastleggen van de belasting op tweede verblijven rekening is gehouden met de algemene gemeentebelasting en dat ook de eigenaars van tweede verblijven moeten bijdragen aan de algemene bestuurlijke uitgaven van de gemeente, net zoals de vaste inwoners dat via de algemene gemeentebelasting moeten doen”. Op dit punt geeft het Hof toe dat de belasting op tweede verblijven minstens voor een deel ook bedoeld is om de algemene bestuurlijke uitgaven van de gemeente te dekken. Dat lijkt een zwak punt in de redenering van het Hof. De vraag of de bijdrage aan die algemene bestuurlijke uitgaven van respectievelijk de vaste inwoners en de eigenaars van tweede verblijven al dan niet in overeenstemming is met het gelijkheidsbeginsel wordt door het Hof namelijk niet onderzocht. En dat was nu net het belangrijkste argument dat door de tweedeverblijvers werd aangevoerd.
Het Hof gaat verder niet in op het argument dat het betwiste belastingreglement op uiteenlopende en tegenstrijdige motieven is gesteund. Naast het motief betreffende het woonbeleid en de bevordering van vaste bewoning, vermeldt het reglement ook dat de belasting op tweede verblijven “bovenal een weeldetaks is op het gebruik van een woning waarin men niet gedomicilieerd is”. Het argument dat de belasting dan op de gebruiker van de woning diende geheven te worden en niet op de eigenaar ervan, vermits die niet de drager is van de belaste weelde, wordt door het Hof evenmin geantwoord.
De conclusie is dus dat het arrest van 31 oktober 2023 betwistbaar lijkt. Sommigen hebben al beweerd dat het Hof van beroep met het negatief arrest over Koksijde de deur wil sluiten voor de vloed van honderden beroepsprocedures waarmee ze dreigen geconfronteerd te worden. Dergelijke speculaties – ook over andere factoren die bij de zetelende rechter kunnen hebben meegespeeld – helpen ons natuurlijk niet verder. Samen met de advocaten en ook met andere juridische experts, bestuderen we daarom op dit moment het arrest om te bekijken of een voorziening in cassatie een kans op slagen heeft. Indien het antwoord daarop positief is, ligt alles terug open. .
Voor tweedeverblijvers in Koksijde heeft het arrest voorlopig geen gevolgen voor de bezwaarprocedures tegen de gemeentebelasting op “toeristische verblijfplaatsen”. Daarop is de redenering van het Hof van beroep (domiciliëring stimuleren) niet van toepassing. Het arrest heeft uiteraard ook geen enkel gevolg voor de bezwaarprocedure tegen de gemeentebelasting in Knokke-Heist. Die is namelijk reeds door het Hof onwettelijk bevonden. Voor De Panne moeten we wachten op het resultaat van de eerste beroepsprocedures tegen de aanslag van 2020. Wanneer de eerste arresten daarover geveld zullen worden, is ons niet bekend. Voor de zaken over de gemeentebelasting in De Panne die via TWERES zijn ingeleid, moet zeker nog minstens een jaar worden gewacht.