Gemeenteraad van Koksijde verwerpt voorstel over tweedeverblijvers

Een van de belangrijke doelstellingen van de vzw TWERES, bestaat erin een dialoog met het oog op een constructieve samenwerking met lokale autoriteiten tot stand te brengen.

TWERES was daarom zeer tevreden met de positieve reactie van de burgemeester van Bredene, Steve Vandenberghe ten aanzien van onze belangenvereniging. Tijdens onze vergadering met hem op 18 september 2020 benadrukte hij: „Samen kunnen we veel meer bereiken“. De burgemeester ging akkoord met een inspraakformule op het niveau van de gemeente, en ondersteunt ons pilootproject om de samenwerking met de lokale  bevolking te optimaliseren.

Op initiatief van de burgemeester van Bredene, werd TWERES ook ter sprake gebracht  op de overlegvergadering van de kustburgemeesters in oktober 2020.  Op die vergadering werd overeengekomen dat een vertegenwoordiging van TWERES uitgenodigd zal worden op een volgend burgemeestersoverleg en de vereniging van tweedeverblijvers op die manier een forum te geven voor de voltallige vergadering van kustburgemeesters.

Op 14 december 2020, behandelde de Gemeenteraad van Koksijde – op initiatief van onafhankelijk gemeenteraadslid, mevrouw Wolter Hofmans – een agendapunt betreffende tweedeverblijvers, waarbij concreet gevraagd werd  om : “(1) een luisterend oor te hebben voor de stem van tweedeverblijvers met het oog op het opstarten van een constructieve samenwerking met het gemeentebestuur, en (2) een permanente werkgroep op te richten tussen de tweede verblijvers en het gemeentebestuur.

Beide voorstellen werden helaas verworpen. Een video-opname van de – virtuele – gemeenteraad staat op de website van de gemeente Koksijde (zie onder punt 21).  Het verslag van de vergadering kan men eveneens op de gemeentelijke website vinden.

TWERES zal dit actief opvolgen en wil dit verder bespreken met de lokale autoriteiten in Koksijde. Daarom heeft voorzitter  Marie-Anne Coninsx een brief gestuurd naan de burgemeester, met kopie aan de schepenen en de gemeenteraadsleden van Koksijde, met een verzoek een vertegenwoordiging van TWERES te willen ontvangen in het nieuwe jaar 2021.

TWERES lanceert eerste pilootproject in Bredene

Op 18 september vond een ontmoeting plaats tussen een delegatie van de vzw TWERES en Steve Vandeberghe, burgemeester van Bredene. Ook FOCUS-TV de regionale zender van West-Vlaanderen was aanwezig. Hun verslag kan je hier bekijken.

TWERES VZW uit de startblokken Nieuwe vereniging komt op voor tweedeverblijvers met respect en begrip voor de belangen van iedereen

De vereniging VZW TWERES (TWEedeverblijvers/RESidents secondaires) werd opgericht om een stem te geven aan tweedeverblijvers. Het initiatief vond zijn oorsprong tijdens de corona lockdown. In tegenstelling tot onze buurlanden, werden tweedeverblijvers in België verplicht om, bij de ingang van de maatregelen naar hun domicilie te gaan en daar te blijven. Na deze onverkwikkelijke periode, wil TWERES de belangen van de grote groep van tweedeverblijvers in België blijvend behartigen. De vereniging wil dit echter doen met respect en begrip voor de rechten van permanente inwoners, korte verblijvers, dagtoeristen en alle andere belanghebbenden.

Meer dan een kwart miljoen gezinnen en alleenstaanden hebben in België, buiten hun domicilie, een woonst waar zij op regelmatige basis verblijven. Dat kan een stacaravan zijn, een chalet in een vakantiepark in Limburg, een appartement aan de Kust of een huisje in de Ardennen. Samen vormen ze een heterogene groep van mensen uit alle categorieën van de bevolking. Tweedeverblijvers leveren op sociaal, economisch en fiscaal vlak een substantiële bijdrage tot de lokale gemeenschap van hun tweede verblijf, terwijl ze helemaal geen inspraak hebben in het beleid van die gemeenschap.
Het initiatief om de tweedeverblijvers te verenigen in de vzw TWERES ontstond in mei, tijdens de exit uit de lockdown. Toen het verbod om naar het tweede verblijf te gaan ook nog bleef gelden terwijl winkels en scholen al open waren, werd een juridische procedure gestart tegen de Belgische Staat. Het resultaat liet niet op zich wachten. Nog voor de Raad van State de zaak in behandeling kon nemen, werden de politici wakker en verdrongen ze zich voor de camera’s om aan te kondigen dat het verbod stante pede zou worden afgeschaft. Uit die ervaring leerden tweedeverblijvers dat ze een invloedrijke groep vormen, op voorwaarde dat ze zich organiseren.

Die periode bracht ook aan het licht dat tweedeverblijvers met verschillende andere problemen te kampen hebben.  Bijvoorbeeld voelen vele tweedeverblijvers zich fiscaal benadeeld door lokale overheden; eigenaars-bewoners van stacaravans op campings hebben veel vragen over hun contracten met campinguitbaters. Tweedeverblijvers in appartementsgebouwen staan vaak alleen met hun problemen ten aanzien van de syndicus. Wie een tweede verblijf in Vlaanderen heeft, vreest momenteel opnieuw benadeeld te worden door de aangekondigde berekeningswijze van de energiedistributietarieven die vanaf 2022 zal gelden. Dat zijn slechts enkele voorbeelden.

Voorzitster van TWERES, Marie-Anne Coninsx benadrukt: „De missie van TWERES reikt veel verder dan het protest in de context van de coronacrisis.  De vereniging wil weerklank geven aan de  bekommernissen en belangen van tweedeverblijvers uit alle lagen van de bevolking. We wensen dit te doen met respect en begrip voor de rechtmatige belangen van iedereen”.

Tweedeverblijvers vragen meer inspraak in de  gemeenschap van hun tweede thuis. Tegelijk wil TWERES ook af van het onterecht stigmatiseren van tweedeverblijvers. “Het imago dat enkel een geprivilegieerde klasse van de bevolking bezitter is van een tweede verblijf, beantwoordt helemaal niet aan de realiteit”, aldus Coninsx.

TWERES doet – onder de slogan “Op de bres vooor tweedeverblijvers” – een oproep aan alle tweedeverblijvers in gans het land, om de vereniging te steunen en  mee te werken aan de uitbouw ervan. Lid worden kan in een handomdraai via de website www.tweres.be waar alle informatie – zoals missie, actiepunten, statuten – ter beschikking is.

Voor nadere informatie over TWERES kunt u contact opnemen met: Marie-Anne Coninsx :+32 497 91 42 72, e-mail: maconinsx@gmail.com of rechtstreeks met het TWERES secretariaat via +32 485 169 145, e-mail: info@tweres.be.
Website TWERES: www.tweres.be; Twitter: @twe_res

Bio Marie-Anne Coninsx

Marie-Anne Coninsx is afkomstig uit Limburg (Tongeren), met tweede verblijf in Koksijde aan de Belgische kust. Marie-Anne is juriste en gewezen Europese diplomate. De afgelopen 10 jaar was ze achtereenvolgens EU ambassadeur in Mexico, in Canada en de eerste EU ambassadeur voor het  Noordpoolgebied (Arctic). Ze studeerde rechten aan de Universiteit Gent, en deed postuniversitaire studies aan de universiteiten van Cambridge (VK) en CEU-Nancy (FR).

Twitter: @MarieAnnConinsx 

Stroomfactuur voor tweede verblijven vanaf 2022 fors duurder?

Vanaf 1 januari 2022 worden de Vlaamse netkosten op de elektriciteitsfactuur anders berekend. De netkosten op de stroomfactuur zullen dan bepaald worden door het piekvermogen dat van het net gevraagd wordt. Om preciezer te zijn: de netkosten van een gezin zullen voor 80 procent afhangen van de netcapaciteit die door dat gezin op piekmomenten verbruikt wordt. Het effectieve verbruik zal nog slechts voor 20 procent meetellen.

Het zal er dus voor gezinnen op aankomen om het stroomverbruik te spreiden. Tegelijk verschillende elektrische apparaten – wasmachine, stofzuiger, frietketel, elektrische verwarming, enz. – aanschakelen wil men ontmoedigen. In elk geval zal ieder huishouden een minimumbijdrage moeten betalen die overeenkomt met een piekcapaciteit van 2,5 kilowatt. Wanneer,  men door meerdere apparaten tegelijk aan te schakelen,  meer vermogen eist van het net, wordt het tarief veel hoger. Volgens de Vlaamse energieregulator (de VREG) heeft een gemiddeld gezin vandaag een piekverbruik van 3,15 kilowatt.

Het piekverbruik van een huishouden wordt over 12 maanden berekend. Wanneer een gezin, bijvoorbeeld rond de kerstperiode, in een bepaalde maand een zeer hoog piekverbruik heeft, gaat dat gemiddeld piekverbruik omhoog.

De nieuwe berekening kan enkel met een digitale elektriciteitsmeter. Die nieuwe meter is nog lang niet bij iedereen geïnstalleerd. De Vlaamse regering besliste onlangs dat tegen 2024 ruim 80 procent van de Vlaamse gezinnen een digitale meter moeten krijgen.

Die lange uitleg is nodig om te begrijpen waarom de stroomfactuur speciaal voor tweede verblijven fors duurder zal worden. Tot nu toe betalen wij voor ons tweede verblijf de elektriciteit die we reëel verbruiken. Wie weinig naar het tweede verblijf komt, heeft een laag jaarverbruik en dus een lage energiefactuur. Dat zal dus radicaal anders zijn in de toekomst. Er wordt ook voor tweede verblijven voor 80 procent gekeken naar het piekverbruik.  Hier komt nu de kat op de koord. Ook voor de maanden waarin het tweede verblijf leeg staat, zal gerekend worden op basis een piekverbruik van 2,5 kilowatt. De minimumbijdrage die overeenkomt met een piekcapaciteit van 2,5 kilowatt zal namelijk ook voor het tweede verblijf gelden.

Bij dit alles rijzen nog veel vragen. Veel tweedeverblijvers, speciaal de eigenaars van stacaravans, schakelen de elektriciteit uit tijdens de wintermaanden. Zoals het er nu naar uitziet, zullen zij desondanks ook voor die maanden een minimum moeten betalen dat overeenkomt met een piekverbruik van 2,5 kilowatt.

Met TWERES houden we dit zeker in het oog. Om deze kwestie op te volgen kunnen onze leden terecht in onze Facebookgroep (zie de Facebookknop onderaan onze homepagina), die exclusief voor onze leden toegankelijk is.

Tweedeverblijvers in België : met hoeveel zijn we eigenlijk?

Voor zover ons bekend, kent niemand het aantal tweede verblijven in België. Voor het Vlaamse Gewest heeft de Studiedienst van de Vlaamse Regering in 2016 voor het laatst het aantal tweede verblijven in het Vlaamse Gewest in kaart gebracht. De studie maakt een onderscheid tussen tweede verblijven in verblijfparken (campings, e.a.)  en tweede verblijven buiten verblijfparken.

De auteurs van de studie telden voor de eerste categorie (tweede verblijven in campings, etc.)  in heel Vlaanderen 53.262 tweede verblijven of (op dat moment) of 1,7% van alle woongelegenheden. Het hoogste aantal tweede verblijven in verblijfparken telde men  uiteraard aan de kust en meer bepaald in Middelkerke, De Haan en Bredene, waar tussen de 6.000 en 7.000 tweede verblijven van deze aard werden geteld. Daarna volgde Koksijde met ruim 2.000 van deze tweede verblijven.  Nieuwpoort, Knokke-Heist en De Panne volgden met tussen de 700 en 735.. Acht niet-kustgemeenten hadden ook tussen 700 en 1.000 tweede verblijven op vakantieparken, namelijk Kasterlee, Lille, Berlare, Herselt en Lanaken, Bocholt, Stekene en Maaseik.

Voor de tweede categorie – tweede verblijven in gewone gebouwen, m.a.w. huizen en appartementen – telden de auteurs (na talrijke correcties om bijv. studentenkoten niet mee te tellen) voor het hele Vlaamse Gewest in absolute cijfers 161.647 tweede verblijven. Knokke-Heist telde met 18.001 het hoogste aantal tweede verblijven in gewone gebouwen, dus in woonhuizen of appartementen. Ook in Koksijde en Middelkerke telde de studie van 2016 ongeveer 12.000 “gewone” tweede verblijven, in Oostende ruim 10.000. In de andere kustgemeenten schommelde hun aantal tussen de 5.700 en 7.600. Bredene viel op dat moment met 1.056 tweede verblijven in gewone gebouwen nog net uit de topvijftien. Naast de kust ontdekten de auteurs ook  grote absolute aantallen tweede verblijven in enkele steden: Antwerpen spande de kroon met bijna 18.000; Gent, Brugge, Kortrijk, Hasselt en Mechelen volgden met tussen de 2.400 en 6.000 tweede verblijven. Het feit dat deze steden in deze lijst staan heeft deels te maken met het feit dat mensen die in Antwerpen of andere Vlaamse steden wonen, hun domicilie in Knokke-Heist of een andere kustgemeente registreren.

Voor de volledige studie: klik hier. Of ooit een gelijkaardige studie is verricht voor het Waalse Gewest, is ons niet bekend.

Toegang tot tweede woningen in Duitsland tijdens de corona lock-down

De maatregelen in Duitsland in de strijd tegen het coronavirus waren van meet af aan niet gericht op een algemeen verbod op de toegang tot tweede woningen. Aan het begin van de pandemie waren er verschillende voorschriften voor tweede woningen naargelang de deelstaat. Er waren aanbevelingen en in sommige deelstaten werd het burgers die niet hun hoofdverblijf in de deelstaat van hun tweede woning hadden, aanvankelijk verboden om de grens van hun deelstaat over te steken en hun tweede woning te bezoeken.

Dit veranderde snel nadat de administratieve rechtbanken in een aantal deelstaten het verbod op het gebruik van tweede woningen hadden opgeheven of opgeschort. De rechtbanken vonden het verbod om naar de tweede verblijfplaats te reizen disproportioneel en dus onwettig. De regeringen van de betrokken deelstaten hebben hierop gereageerd door hun regelgeving onverwijld te wijzigen.

Enkel voorbeelden:

  • Berlijn/Brandenburg: na een beslissing van het Hoger Administratief Gerecht van Berlijn-Brandenburg in maart heeft een woordvoerder van het Brandenburgse Ministerie van Binnenlandse Zaken duidelijk verklaard: “Iedereen die een vakantiehuis of appartement in Brandenburg bezit, mag dit natuurlijk zelf gebruiken”.
  • Mecklenburg-Vorpommern, een zeer toeristische regio aan de Duitse Oostzeekust: na een uitspraak van het Hooggerechtshof van Greifswald op 9 april 2020, dat het reisverbod voor de lokale bevolking heeft opgeheven, heeft de deelstaatregering op 17 april 2020 besloten dat iedereen die in Mecklenburg-Vorpommern woont, elke plaats daar mag bezoeken, inclusief een tweede huis aan de kust en op de Oostzee-eilanden.
  • Sommige deelstaten in Duitsland, zoals Beieren, ook een streek met zeer aantrekkelijke en populaire toeristische plaatsen, evenals Saksen-Anhalt en Noordrijn-Westfalen, hebben op geen enkel moment het eigen gebruik van tweede woningen verboden.

Conclusie: in Duitsland werden de tweedeverblijvers tijdens de corona-crisis uiteindelijk niet verhinderd om van hun eigendom gebruik te maken, zelfs indien dat in een andere deelstaat lag.

Lock-down en tweede verblijven in Frankrijk: een andere aanpak dan het zeer strenge verbod in België

Vanaf dinsdag 17 maart ’s middags ging Frankrijk, net als de meeste andere landen in Europa rond dezelfde periode, in lock-down. Slechts enkele verplaatsingen waren toegestaan en alleen op basis van een attest. Bij gebrek aan bewijs riskeerden onze Franse buren een boete van 135 euro. In tegenstelling tot wat we in België zagen, was het doorbrengen van de lock-down in een tweede verblijf niet verboden. Mensen die op 17 maart om 12 uur ‘s middags in hun tweede verblijfplaats waren, mochten daar blijven.

Weliswaar was het absoluut verboden om heen en weer te pendelen tussen het tweede verblijf en de hoofdverblijfplaats. Net als in België zorgde de aanwezigheid van de eigenaars in hun tweede verblijfplaats voor enige commotie onder een deel van de lokale bevolking. In een interview met Paris-Match gaf antropoloog Jean-Didier Urbain enkele interessante commentaren op wat er in Frankrijk gebeurde.

Klik hier om het interview (in het Frans) te lezen.

Hoe vind ik als mede-eigenaar een betrouwbare syndicus?

Veel tweede verblijven, in het bijzonder aan de Belgische Kust, zijn appartementen in appartementsgebouwen. Eigenaars van die appartementen – permanente bewoners, niet-permanente bewoners en eigenaars-verhuurders – bevinden zich dan in een relatie van gedwongen mede-eigendom en vormen samen een vereniging van mede-eigenaars.

Meer dan eens klagen de mede-eigenaars over een gebrek aan transparantie vanwege de syndicus. ‘De syndicus weigert de facturen voor te leggen waarop zijn rekeningen zijn gebaseerd, de syndicus speelt onder één hoedje met de bouwpromotor, de syndicus strijkt een commissie op bij de aanstelling van aannemers,…’ Het zijn maar enkele terugkomende klachten. Er zijn helaas ook verhalen van syndici die de rekeningen van de mede-eigenaars plunderen. Een recent voorbeeld kan men hier lezen.

Jammer genoeg bestaan er geen lijsten van ‘betrouwbare’ syndici. Men kan zich natuurlijk richten tot andere verenigingen van mede-eigenaars om te polsen naar hun ervaringen. Sinds 2018 moeten verenigingen van mede-eigenaars in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) registreren wie zij als syndicus hebben aangesteld.

Eén van de doelstellingen van TWERES bestaat erin die uitwisseling van ervaringen met syndici te faciliteren (bijvoorbeeld door kwaliteitsbeoordelingen te verzamelen).

Gemeentefiscaliteit aan de Kust: hoe groot is het onevenwicht in het nadeel van tweedeverblijvers?

Belastingplichtigen betalen aanvullende personenbelasting op hun inkomen in de gemeente waar ze gedomicilieerd zijn. De opbrengst van die belasting gaat naar de gemeentekas. In Vlaanderen bedraagt de aanvullende personenbelasting gemiddeld 7,2% van het belastbaar inkomen.

Zoals elke belastingplichtige betalen tweedeverblijvers aanvullende personenbelasting in de gemeente van hun eerste verblijf. Zij maken echter ook gebruik van de gemeentelijke infrastructuur en diensten in de gemeente van hun tweede verblijf. Daarom is het logisch dat gemeenten ook van tweedeverblijvers vragen om de kosten daarvoor mee te helpen dragen.

Essentieel daarbij is natuurlijk een evenwichtige lastenverdeling tussen gedomicilieerde inwoners en tweedeverblijvers.

Een interessante richtlijn over dit evenwicht staat op pagina 14 van de Handleiding tweede verblijven op de website van het Agentschap Wonen Vlaanderen (wonenvlaanderen.be): “Om geen verschuiving van de belastingdruk te creëren naar personen die niet in de bevolkingsregisters van de gemeente zijn ingeschreven en die er dus niet kiesgerechtigd zijn, is vereist dat het geheven tarief redelijk in verhouding staat tot de belastingen die de inwoners betalen (in de eerste plaats de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing).

Het is daarom interessant om de verhouding tussen gemeentebelasting en tweede verblijfsbelasting in de kustgemeenten van naderbij te bekijken. Dat is echter minder eenvoudig dan het lijkt. De belastingopbrengsten van de verschillende gemeentebelastingen zouden eigenlijk te vinden moeten zijn op de websites van de verschillende kustgemeenten. Daar vindt men helaas weinig relevante informatie hierover (!). Gelukkig staan er wel cijfers op de website van het Vlaams Agentschap Binnenlands Bestuur. Onder meer kan men daar tabellen vinden met voor elke gemeente een overzicht van de belastingen en hun opbrengst vanaf 2008 tot 2018.

Op basis van deze gegevens hebben we in een eerste tabel voor elke kustgemeente en voor het aanslagjaar 2018 de totale opbrengsten aanvullende personenbelasting en de totale opbrengsten van de tweede verblijfstaks per naast elkaar geplaatst. Opgelet echter: in deze eerste tabel wordt nog geen rekening gehouden met het aantal belastingplichtigen per gemeente. Daarom zijn de cijfers het hoogst in gemeenten met veel belastingplichtigen.

GemeenteOpbrengst tweede verblijfsbelasting (in miljoen euro) (2018 Opbrengst aanvullende personenbelasting ten laste van gedomicilieerde inwoners (in miljoen euro)(2018)Verschil (hoeveel meer of minder is de opbrengst van tweede verblijven?) (in miljoen euro) (cijfers van 2018)
De Panne5,862 0+5,862
Koksijde13,59 0+13,59
Nieuwpoort8,749 2,224 +6,505
Middelkerke8,746 3,447 +5,299
Oostende8,476 17,067 -8,591
Bredene *3,394 4,615 -1,221
De Haan*5,3222,910 +2,412
Blankenberge5,3024,308 +0,994
Brugge1,335 36,734 -35,390
Knokke14,662 0+14,662

* Bredene en De Haan kennen een belangrijke populatie van tweedeverblijvers in vakantieparken en kampeerverblijfplaatsen. Voor deze gemeenten werden de opbrengsten van de belasting  kampeerterreinen en kampeerverblijven toegevoegd aan de cijfers m.b.t.  de tweede verblijfsbelasting. Voor andere gemeenten hebben we dit niet gedaan omdat de vermelde populatie er veel lager ligt.

In de meerderheid van de kustgemeenten ligt de opbrengst van de belasting op tweede verblijven dus hoger dan de gemeentebelasting die de gemeenten ontvangen van hun eigen ingeschreven inwoners. Dat kan echter te wijten zijn aan het hoog aantal tweede verblijven in die gemeenten.

Daarom hebben we in een tweede tabel rekening gehouden met dat aantal. In een eerste kolom vermelden we voor 2018 het nominale bedrag van de tweede verblijfsbelasting per wooneenheid. In het geval van gedifferentieerde tarieven voor verschillende types van tweede verblijf, opteerden we voor de bijdrage die verschuldigd is voor de tweede bewoning van een studio.

In de tweede kolom wordt de aanvullende personenbelasting gedeeld door het aantal gedomicilieerde huishoudens per gemeente (de cijfers over het aantal huishoudens vonden we op de website  https://provincie.incijfers.be).  Op die manier kon de ook de gemiddelde aanvullende personenbelasting per verblijf bewoond door gedomicilieerden worden berekend.

GemeenteTweede verblijfsbelasting per verblijf tweede bewoning (euro) Gemiddelde aanvullende personenbelasting per verblijf eerste bewoning (euro) Verschil (hoeveel meer of minder betaalde een tweedeverblijver) in 2018) (in euro)
De Panne5750+575
Koksijde9700+970
Nieuwpoort890356+525
Middelkerke525362+183
Oostende1000468+532
Bredene 850563+286
De Haan500451+49
Blankenberge892403+489
Brugge1000671+329
Knokke7400+740

In alle kustgemeenten dragen eigenaars van een woning die door tweedeverblijvers bewoond wordt dus gemiddeld meer bij aan de gemeentefinanciën dan de eigenaars van woningen die door gedomicilieerde huishoudens wordt bewoond. Bovenaan de lijst staat Koksijde waar de eigenaars van woningen die door gedomicilieerde huishoudens worden bewoond, helemaal geen aanvullende personenbelasting betalen en alle lasten door eigenaars van tweede verblijven worden gedragen.

Aangezien mag verondersteld worden dat tweedeverblijvers minder van de infrastructuur en diensten gebruik maken dan gedomicilieerde inwoners hebben deze belastingen bijgevolg een verschuiving van de belastingdruk gecreëerd naar personen die niet in het bevolkingsregister van de gemeente zijn ingeschreven en niet kiesgerechtigd zijn.

Een fiscale vluchteling worden is altijd mogelijk. Elders op de TWERES website staat een verslag van een studie die in 2016 door de studiedienst van de Vlaamse Overheid over het aantal tweede verblijven in Vlaanderen is gepubliceerd. Naast de kust ontdekten de auteurs ook  grote absolute aantallen tweede verblijven in enkele steden: Antwerpen spande de kroon met bijna 18.000; Gent, Brugge, Kortrijk, Hasselt en Mechelen volgden met tussen de 2.400 en 6.000 tweede verblijven. Het feit dat deze steden in deze lijst staan heeft deels te maken met het feit dat mensen die in Antwerpen of andere Vlaamse steden wonen, hun domicilie in Knokke-Heist of een andere kustgemeente registreren.

TWERES  kiest er echter voor om met de kustgemeenten de dialoog aan te gaan. Waar het niet anders kan,  zal de juridische weg worden ingeslagen en bij voldoende leden en sympathisanten kunnen we, allen samen, proberen om politici ertoe te bewegen toepasselijke regelgeving te veranderen.

Barometer van het tweede verbljf: interessante cijfers maar neem ze met een korrel zout

BNP Paribas Fortis Bank onthult regelmatig de cijfers van haar “second home barometer”. De 4e en laatste barometer heeft betrekking op 2019. De cijfers hebben betrekking op tweede woningen die door Belgen zijn gekocht en die zich in België en in het buitenland bevinden. De cijfers omvatten echter ook tweede woningen die zijn aangekocht voor de verhuur (inclusief studentenkoten in universiteitssteden, bijvoorbeeld).  Klik hier voor een presentatie van de barometer.